De dropplant kan 70 - 100cm hoog groeien en komt van origine uit het westen van Noord-Amerika. De plant kan zowel op droge als op vochtige grond groeien en staat het liefste in de volle zon. De plant is een muntachtig kruid waarvan de bladeren naar anijs smaken. De geur doet echter aan de smaak van drop denken waar het haar naam aan te danken heeft. De plant wordt door bijen bestoven en trekt een boel insecten aan in de bloeiperiode. Er zijn veel rassen, met verschillende bloemkleuren, soms ook een andere bladkleur. Ieder ras heeft vaak ook een eigen aroma, soms anijzig met iets muntachtigs, soms anijzig met iets droppigs, soms anijzig met iets van chocolade. De plant is meerjarig maar kan ook gemakkelijk elk jaar opnieuw uit het zaad worden gegroeid. De plant is winterhard tot -8 graden celsiusen kan in een strenge winter doodvriezen dus het kan handig zijn wat zaadjes binnen te overwinteren. De blaadjes zijn te gebruiken in salades, als garnering bij gerechten en is ook lekker om thee van te zetten. De bloemen zijn ook te eten en staan mooi in een verse salade bijvoorbeeld.
Een familielid van de dropplant is de Koreaanse munt (Agastache rugosa) die veel van dezelfde eigenschappen heeft en grotendeels voor dezelfde doelen wordt gebruikt. |