De hazelnoot of hazelaar behoort tot de familie van de berken en is een bladverliezende boom die 1,5-3,5 m hoog kan worden. De hazelnoot staat graag in de volle zon maar groeit ook in de halfschaduw.
De groeivorm van hazelnoten is als een grote heester met verschillende onderstammen die elk jaar toenemen. Hierdoor wordt de hazelnoot een zeer dichte struik en is ze ideaal om in een windkering te gebruiken.
De bladeren zijn rond, donzig en getand. Hazelaars zijn windbestuivers en bloeien meestal rond januari. De mannelijke katjes zijn groen en verkleuren naar geel wanneer ze hun stuifmeel afgeven. De vrouwlijke bloemen zijn erg klein, zitten in kleine trosjes op de takken en bloeien donkerroze tot rood.
De vruchten, de hazelnoten kunnen 10 tot 25mm lang worden, zijn eivorming en hebben een groen omhulsel wat uit blad bestaat. Als de noten rijpen verkleurt het omhulsel naar geel en als de noten rijp zijn vallen ze uit het verdrogende omhulsel of zijn daar gemakkelijk uit te plukken.
De noten kunnen na het oogsten het beste in de dop worden gedroogd. De noten kunnen vers worden gegeten, ze kunnen geroosterd worden, gehakt en geraspt. Er kan ook meel van worden gemaakt. Hazelnoten worden vaak gebruikt als ingerdient in chocolade pasta en chocoladerepen.